Joop Botterhuis, beter worden was geen optie 
± 75 minuten resterend

Driss begrijpt er allemaal helemaal niks meer van. Hij komt en gaat en heeft weinig interesse voor Joop.
Hoe anders was dat eerder. Is dat nou de natuur? Maandag zaten mijn buurvrouw en ik bij Joop.
We braken volledig toen Driss de slaapkamer in kwam. Hij sprong op het bed. Liep zonder enige schroom over Joop en ging hem enorm kroelen. Toen hij geen reactie kreeg beet hij hem in zijn neus. Na het overlijden is er geen interesse. Af en toe pak ik hem op om samen met hem naar Joop te kijken.

De eerste keer dat hij in de kist keek leek het erop dat hij zag dat het Joop was. Hij hield zijn kop scheef en keek een seconde of 20. Daarna draaide hij zijn kop om en keek demonstratief de andere kant uit.

Naast Driss is er ook nog Monty. Een veel te dikke rode kater. Ook van buren aan de overkant van het water. Monty is zo anders dan Driss. Hij is lief, wil kroelen maar wel enorm bang. Hij is thuis op dieet dus komt hij hier iedere dag even eten. Ongeveer zo’n 3 keer per dag, moet ik schrijven. Monty heeft een gebruiksaanwijzing. Joop hield het er gelukkig altijd maar met 1 tegelijk, dus voor Joop was het altijd alleen Driss, Driss, Driss.
Als ik zat te werken, dan zei hij altijd: “Die rooie zit er”. Voor Driss stond hij altijd gelijk op. Dat was ook de reden dat hij de laatste week zich zo ergerde aan Driss. Driss was onrustig en bleef maar komen en gaan.
Zo krabbelde hij enorm aan de voordeur dat hij eruit wilde om vervolgens om te lopen en aan de achterkant weer naar binnen te willen. De deur gesloten laten was geen optie. Driss krabbelt net zolang tot je hem naar binnen laat. Ze hadden dus gewoon een beetje bonje vorige week. Toch kreeg Driss altijd zijn zin.
Je kunt het namelijk niet van hem winnen. Van Monty kun je het ook niet winnen. Die gaat namelijk niet weg vóórdat hij een tweede zakje eten heeft gehad. Daar moesten de hulptroepen wel even aan wennen.

Patty had Monty binnen gelaten en hem een zakje gegeven uit de kattenla. Alleen Monty wilde niet weg.
Ik ken, net als Joop, de gebruiksaanwijzing van Monty. Patty riep: “Wat mot ik met die rooie?”.

Hij heeft al een zakje gehad maar wil niet weg. Vanachter mijn computer riep ik: “Nee, Monty gaat niet weg vóórdat hij 2 zakjes heeft gehad”. En dan is er ineens weer tijd voor gelach. Gisteren was er even geen tijd voor gelach. Tenminste eerst de schrik en daarna wel weer gelach.
 

Monty heeft overgewicht, dat is duidelijk. Op de gootsteen springen is soms wel even een probleem. Om die reden doet hij het liever in 2 etappes. Vanaf een stoel in het kantoor op de gootsteen. Alleen die stoel staat nu naast de kist van Joop. Monty sprong dus keurig op de gootsteen. Dit keer had hij geen 2 pogingen nodig. Ik was met mijn neef Rob de begrafenis aan het voorbereiden. Monty zat dus na zijn 1e zakje te wachten op zijn 2e zakje. Ja, ik was bezig dus minder snel dan Monty zou willen. Monty weet dat als ik niet kom, hij dan na heel lief doen tegen Joop ook wel zijn zin krijgt.